Skip to content

Commit

Permalink
Merge pull request inbo#107 from inbo/sfp-114-nl
Browse files Browse the repository at this point in the history
Veldprotocol Sfp-114-nl naar main
  • Loading branch information
hansvancalster authored May 27, 2024
2 parents 730cfb7 + 836ac7e commit 810f606
Show file tree
Hide file tree
Showing 22 changed files with 534 additions and 0 deletions.
7 changes: 7 additions & 0 deletions NEWS.md
Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -1,3 +1,10 @@
### First version of protocol: sfp-114-nl

- Title: Bemonstering waterkolom oppervlaktewater
- Published on: 2024-05-27
- Version number: 2024.03
- Link to this version: [sfp-114-nl version 2024.03](2024.03/index.html)

### First version of protocol: sfp-407-nl

- Title: Veldprotocol voor vegetatie-opnames in grote proefvlakken en percelen met behulp van de beheermonitoringschaal
Expand Down
Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -0,0 +1,47 @@
# Afhankelijkheden

```{=html}
<!--
Hier niets invullen.
Indien er dependencies zijn deze invullen in de yaml sectie van index.Rmd
-->
```
```{r dependencies}
empty_table <- tibble(
protocol_code = character(),
version_number = character(),
params = character(),
appendix = logical()
) %>%
add_row() %>%
rename(
`Protocolcode` = protocol_code,
`Versienummer` = version_number,
`Opgenomen als subprotocol` = appendix) %>%
pander(split.tables = Inf)
if (exists("params")) {
if (!is.null(params$dependencies)) {
transpose(params$dependencies) %>%
as_tibble() %>%
mutate(protocol_code = as.character(protocol_code),
version_number = as.character(version_number),
params = as.character(params),
version_number = ifelse(params == "NA",
paste0("[", version_number, "](../",
version_number,"/", "index.html)"),
version_number),
appendix = as.logical(appendix)) %>%
rename(
`Protocolcode` = protocol_code,
`Versienummer` = version_number,
`Opgenomen als subprotocol` = appendix) %>%
pander(split.tables = Inf)
} else {
empty_table
}
} else {
empty_table
}
rm(empty_table)
```
38 changes: 38 additions & 0 deletions source/sfp/1_water/sfp_114_nl_waterstaalname_plas/02_onderwerp.Rmd
Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -0,0 +1,38 @@
# Onderwerp

## Definities en afkortingen

Hieronder worden enkele vaktechnische termen en afkortingen gedefinieerd.

**ICP:** inductief gekoppeld plasma, een analytische analyse waarbij chemische elementen en met name metalen in een staal bepaald worden door dit in een plasma te brengen en vervolgens het geëmitteerde licht te analyseren.

**Mengstaal:** een staal bekomen door het mengen van meerdere deelstalen.
De deelstalen worden op verschillende, doorgaans ruimtelijk gespreide, plaatsen binnen eenzelfde staalnamelocatie genomen.

**Oppervlaktewater:** al het permanent of op geregelde tijdstippen stilstaande of stromende water op het landoppervlak, aan de landzijde van de basislijn vanaf waar de breedte van de territoriale zee wordt gemeten (DIW 2003).

**PVI:** 'plant volume infested', ook wel 'percent volume infested' of 'percent volume inhabited' (Canfield et al. 1984); het percentage van het watervolume dat ingenomen wordt door ondergedoken vegetatie.

**Sapropelium:** rottingsslib; afzetting van organisch sediment in anaerobe omstandigheden.

**Staal of monster:** Een portie die geselecteerd wordt uit een grotere hoeveelheid.
In dit protocol bestaat het staal steeds uit een hoeveelheid water van de staalnamelocatie (poel, vijver, plas, ...).

**Staalnamelocatie** of **steekproefeenheid**: het waterlichaam (poel, vijver, ...) waarvan de abiotische karakterisatie wordt beoogd en waarbinnen het staalnamepunt zich bevind.
Voor stilstaande wateren is dit het gehele waterlichaam, voor waterlopen is dit een 100 meter segment van de waterloop (dit segment wordt aangeduid als het meest stroomafwaarts gelegen punt van het te bemonsteren 100 meter segment).

**Staalnamepunt:** de exacte plaats binnen de staalnamelocatie waar de abiotische staalname wordt uitgevoerd.

**Waterbodem:** bodemsubstraat dat zich onder de waterkolom bevindt, inclusief slib en sapropelium.

**Waterkolom:** de diepte van het water van de waterspiegel (het wateroppervlak) tot de onderwaterbodem.

## Doelstelling en toepassingsgebied

Dit protocol beschrijft een methode voor het nemen van een waterstaal als schepstaal met een maatbeker en staalname-emmer in oppervlaktewater voor analyse van de watersamenstelling.
Dit staal is enkel representatief voor de watersamenstelling nabij de oppervlakte.
Het staal wordt vervolgens geanalyseerd in een analytisch laboratorium, met als doel de fysisch-chemische toestand van het oppervlaktewater op een specifieke plaats en tijdstip te bepalen, maar kan ook gebruikt worden om ter plaatse door middel van apparatuur of testkits bepaalde kenmerken onmiddellijk te bepalen.
Voor een representatief beeld van de fysisch-chemische toestand is het doorgaans nodig om de staalname en metingen meermaals in de tijd te herhalen.
In dit document behandelen we het veldmateriaal, de werkwijze, de randvoorwaarden, veiligheidsnormen en andere richtlijnen voor de staalname, het transport en de voorbereiding van waterstalen voor verdere analyse in het laboratorium.
De beschreven methode is specifiek gericht op oppervlaktewater en is dus niet bedoeld voor grondwater of kustwateren.

Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -0,0 +1,18 @@
# Beperkingen van het protocol

In bepaalde omstandigheden, vooral ten gevolge van specifieke weersomstandigheden, kan het protocol niet (volledig) gevolgd worden.
Bij onweer met (kans op-) blikseminslag kan de veiligheid van de staalnemer niet worden gegarandeerd.
Bij vriestemperaturen kan de staalnamelocatie bedekt zijn door een dikke laag ijs, of kan de waterkolom geheel bevroren zijn, zodat het onmogelijk, of niet wenselijk is om een staal te nemen.
Ook als er geen of zeer weinig water boven de waterbodem aanwezig is, is een staalname niet, of niet op de voorgeschreven manier, mogelijk.
Wanneer er geen staal kan genomen worden, wordt dit steeds vermeld op het staalnameformulier in het opmerkingenveld met vermelding van de reden.

Een zeer lage waterstand, makkelijk opwarrelend sediment, een erg dichte watervegetatie (hoge PVI), aanwezigheid van een kroosdek, of drijvende vegetatie die het gehele wateroppervlak bedekt, kan de staalname bemoeilijken en de kwaliteit van het staal beïnvloeden.
Dit dient tevens als opmerking genoteerd te worden op het staalnameformulier.
Intense neerslag kan bij onvoldoende menging de samenstelling nabij het wateroppervlak tijdelijk sterk beïnvloeden.

Wanneer het water doorwaad wordt, kan de waterbodem (met name bij een dikke sliblaag, veendetritus of sapropelium) omgewoeld worden, zodat materiaal in suspensie geraakt in de waterkolom en dit het nemen van een zuiver staal bemoeilijkt, of zelfs onmogelijk maakt.
Dit kan ook het gevolg zijn van recente activiteit van dieren (vissen, watervogels, vee etc.) of menselijke activiteiten zoals scheepvaart en recreatie.
Het is van groot belang om bij tijdelijke verstoring van de waterbodem te wachten tot alle zwevend materiaal terug bezonken is.

De procedure is niet geschikt voor staalname op een bepaalde diepte onder het wateroppervlak, of voor het nemen van een staal dat de volledige waterkolom integreert.

Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -0,0 +1,6 @@
# Principe

Dit protocol beschrijft de procedure voor het nemen van een waterstaal geschikt voor verdere analyse in het veld of in het labo.
De voorgeschreven methode moet garanderen dat het geanalyseerde staal representatief is voor de fysische en chemische kenmerken van de waterkolom nabij de oppervlakte van het bemonsterde waterlichaam op een bepaalde plaats en tijdstip.
Daarom wordt de wijze van staalname, het aantal deelstalen, de plaats van de staalname en de volgorde van de te nemen stappen eenduidig vastgelegd volgens een vooropgesteld staalnamepatroon.

Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -0,0 +1,3 @@
# Vereiste competenties

Niet van toepassing
118 changes: 118 additions & 0 deletions source/sfp/1_water/sfp_114_nl_waterstaalname_plas/06_benodigdheden.Rmd
Original file line number Diff line number Diff line change
@@ -0,0 +1,118 @@
# Benodigdheden

Tabel \@ref(tab:Tabel1) geeft een overzicht van de benodigde apparatuur en materiaal voor het nemen van een waterstaal.
Onder [Apparatuur], [Materiaal] en [Reagentia en oplossingen](#reagentia) worden een aantal specifieke benodigdheden van verdere uitleg voorzien.

+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+
| - staalnameformulieren & protocol of digitaal alternatief | - staalname-emmer |
+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+
| - klembord, potlood en slijper | - maatbeker |
+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+
| - laarzen, lieslaarzen, waadpak (plaatsafhankelijk) | - spuiten en filters |
+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+
| - Latex handschoenen (poederloos) | - koelbox met koelelementen |
+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+
| - plooimeter | - reserverecipiënten en hersluitbare zakjes |
+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+
| - fototoestel | - documentatie van het staalnamepunt om dit exact te kunnen lokaliseren |
+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+
| - fototoestel | - hamer om een gat in het ijs te maken |
+-------------------------------------------------------------+---------------------------------------------------------------------------+

: (#tab:Tabel1) Checklist benodigd veldmateriaal

## Apparatuur

Niet van toepassing

## Materiaal

**Staalname-emmer**

Witte emmer (polyethyleen), inhoud 10 l, met maatmarkering en giettuit (figuur \@ref(fig:Figuur1)).

**Maatbeker**

Doorzichtige maatbeker (polypropyleen), inhoud 2 l, met maatmarkering, giettuit en handvat (figuur \@ref(fig:Figuur1)).

```{r Figuur1, fig.cap="Maatbeker (links) en staalname-emmer (rechts)."}
include_graphics("./media/image1.jpg")
```

**Recipiënten**

Voor elk staal zijn er, bij standaard staalname, zeven recipiënten voorzien (figuur \@ref(fig:Figuur2)).
Elk recipiënt is voorzien van een label met een unieke code en een streepjescode per staal voor invoer in LIMS (= laboratory information management system).
Ieder recipiënt dient voor een specifieke analyse (tabel \@ref(tab:Tabel2)).
Gebruik daarom steeds de correcte recipiënten (nummers refereren naar figuur \@ref(fig:Figuur2)):

- **1**, Fles 1.000 ml (**FL-1000R**, **FL-1000W**): vierkante fles van 1.000 ml met smalle hals en platte bodem, vervaardigd uit high density polyethyleen (HDPE), gegradueerd, met rode schroefdop.

- **2 en 3**, Fles, 250 ml (**FL-250R**, **FL-250W**, **FL-250B**): vierkante fles van 250 ml met brede hals en platte bodem, vervaardigd uit high density polyethyleen (HDPE), gegradueerd, met blauwe, rode of witte schroefdop.

- **4**, Fles, 100 ml (**FL-100R**) : vierkante fles van 100 ml met smalle hals en platte bodem, vervaardigd uit high density polyethyleen (HDPE), niet-gegradueerd, met rode schroefdop.

- **5**, Falcontube, 50 ml (**FT-50B**, **FT-50R, FT-50G**): cilindrisch buisje of tube van 50 ml met conische bodem vervaardigd uit polypropyleen (PP), gegradueerd, met rode schroefdop vervaardigd uit polyethyleen (PE).

- **6**, Falcontube, 50 ml (**FT-50B**, **FT-50R, FT-50G**): cilindrisch buisje of tube van 50 ml met conische bodem vervaardigd uit polypropyleen (PP), gegradueerd, met blauwe schroefdop vervaardigd uit polyethyleen (PE).

- **7**, Falcontube, 30 ml (**FT-30W**): cilindrisch buisje of tube van 30 ml met conische bodem met rechtstaand stuk, vervaardigd uit polypropyleen (PP), niet-gegradueerd, met witte schroefdop vervaardigd uit polyethyleen (PE).

```{r Figuur2, fig.cap="De 7 recipiënten die tijdens de staalname worden gevuld."}
include_graphics("./media/image2.jpg")
```

| **recipiënt** | **beschrijving** | **analyse** |
|---------------|------------------------------------|------------------------------------------------------------------------------------------------|
| 1 | 1 l | zwevende stof |
| 2 | 250 ml | chlorofyl *a* |
| 3 | 250 ml | bicarbonaatbepaling (TAP-TAM), IC (ionenuitwisselingschromatografie), controle pH en EC, kleur |
| 4 | 100 ml | TP (totaal fosfor), KjN (Kjelldahl-stikstof), COD (chemisch zuurstofverbruik) |
| 5 | Falcon 50 ml rode dop | reservestaal |
| 6 | Falcon 50 ml blauwe dop | DOC (opgeloste organische koolstof) |
| 7 | 30 ml met 300 µl salpeterzuur (1%) | ICP (metalen) |

: (#tab:Tabel2) Analyses die uitgevoerd worden op de waterstalen van de respectievelijke recipiënten

Houd de afzonderlijke recipiënten van eenzelfde staal steeds bijeen in de daarbij horende plastic zak met gripsluiting om te voorkomen dat recipiënten gecontamineerd worden tijdens het transport, verloren gaan of dat recipiënten van verschillende stalen door elkaar worden gehaald.

Ook dient steeds minstens één volledige set van reserverecipiënten voorhanden te zijn voor het geval een set recipiënten onvolledig is, gecontamineerd is (bijv. door het uitlopen van salpeterzuur uit recipiënt 7), of door enige andere reden onbruikbaar blijkt.

De recipiënten dienen voorafgaand aan de staalname volstrekt zuiver te worden gehouden.
Elk contact met de binnenzijde van de recipiënten en hun deksels dient te worden vermeden.

**Spuiten en filters**

Het recipiënt met salpeterzuur (recipiënt nummer 7) dient te worden gevuld met gefilterd water.
De filtratie gebeurt in het veld door de gevulde spuit te voorzien van een opzetfilter en de spuit voorzichtig te ledigen in het recipiënt.
Hiervoor worden spuiten van 35 ml met een conus met Luer-lock (schroefdraad in de conus) en A-20/25 filters met een membraan met poriëngrootte van 0,20 µm gebruikt (figuur \@ref(fig:Figuur3)).
De filter wordt met de klok mee vastgedraaid in de conus.
Om contaminatie te vermijden worden de filters slechts eenmaal gebruikt.
Meerdere filters kunnen nodig zijn voor het filteren van 25 tot 30 ml, de hoeveelheid water nodig om een ICP-analyse te kunnen uitvoeren.
De filter wordt vervangen wanneer het water er met veel druk slechts traag uit druppelt.
De spuiten kunnen voor meerdere staalnamepunten worden herbruikt, maar moeten dan steeds voorgespoeld worden met waterstaal, dit door de spuit minstens drie maal te vullen en vervolgens terug leeg te spuiten.
De spuiten worden steeds vervangen tussen sterk verschillende oppervlaktewateren en worden niet langer dan één dag gebruikt.
Bewaar ongebruikte filters steeds in een schoon, droog en goed afgesloten zakje of ander recipiënt om contaminatie te voorkomen.

(ref:Figuur3) Links: filters (A-20/25) met een membraan met poriëngrootte van 0,20 µm (1) en spuiten (35 ml) met een conus met Luer-lock (2) en recipiënt met salpeterzuur 65% (3) Rechts: spuit met vastgeschroefde filter.

```{r Figuur3, fig.cap="(ref:Figuur3)"}
include_graphics("./media/image3.jpg")
```

**Staalnameformulier (analoog of digitaal)**

Het staalnameformulier (zie [SPP-116](https://drive.google.com/file/d/1OH-WAQrHLDaW5CV8w2sUaVBPVGaEPqe5/view) bijlage 1) kan zowel digitaal als analoog ingevuld worden in het veld.
Bij voorkeur wordt tijdens de staalname steeds de analoge versie ingevuld zodat typfouten of problemen bij gegevensopslag worden vermeden en er tevens een originele versie beschikbaar is voor controle op een later tijdstip.
Het staalnameformulier wordt duidelijk leesbaar en volledig ingevuld met potlood, dat in tegenstelling tot inkt ook schrijft in natte omstandigheden en niet kan uitlopen.

**Koelbox en koelelementen**

Een ruime, dubbelwandige en goed afsluitende koelbox en ingevroren koelelementen zijn nodig om de stalen tijdens de veldwerkzaamheden en transport goed te kunnen conserveren.
De koelelementen mogen geen defecten (lekkage) vertonen.
De koelelementen en de koelbox zijn bij voorkeur gemakkelijk te reinigen om contaminatie van de stalen te voorkomen.

## Reagentia en oplossingen (indien van toepassing) {#reagentia}

**Salpeterzuur 65%, suprapur, (HNO~3~)** Sterk zuur dat zowel irriterend en corrosief werkt.
Draag handschoenen bij gebruik, voorkom inademing van dampen en contact met de huid en ogen.
Loading

0 comments on commit 810f606

Please sign in to comment.